top of page

Portugal

Vakantie 2016 Spanje & Portugal

 

Vrijdag 29 april. Vertrek: 73.500 km.

Bij het vertrek uit Emmeloord hoorden we een korte piep van het alarm van het opstapje. Daarna maakte het ding geen geluid meer. De trede stond nog uit. Balen en oppassen dus.

We rijden rechtstreeks naar een camperplaats in de buurt van Roermond en vallen met onze neus in de boter. Geert en Wendy van camperplaats Kessel hebben hun camperplaats vanavond geopend met een proefcamperactiviteit met borrel en hapjes, georganiseerd via Facebook. Wij zijn hun allereerste gasten die spontaan langs komen. Het is gezellig in de partytent in de loods. Tineke mag ook haar “ Vrouw Rijdt Camper” activiteit promoten.

Vanwege familiebezoek blijven we een extra nacht staan.

6797

 

Zondag 1 mei Vertrek: 73.715 km

We maken flinke wat kilometers. Via Luik rijden we naar Châteaudun. De camperplaats onder aan het kasteel is al vol, maar we kunnen ook prima overnachten op camping Municipale. Anders waren we gaan staan op de parkeerplaats van de Supermarche. De camping ligt prachtig aan een riviertje bij een oud landhuis.

6808

 

Maandag 2 mei Vertrek: 74.357 km. Camping € 11,15.

Via de tolweg tot Cap Breton gereden, een plaatsje direct aan de duinen tussen Mimizan en Biarritz. De camperplaats is groot. Je loopt zo over het duin het strand op en ziet in de verte Biarritz liggen. Een flinke branding en een prachtige zonsondergang.

6809, 6810

 

Dinsdag 3 mei Vertrek: 74.972 km. Camperplaats € 11,00.

Tol Frankrijk:. € 81,20 , klasse 2.

Tol Spanje: € 23,58 klasse 1, personenauto. Van de grens tot Burgos tolautobaan (AP), rest autobaan (A wegen) of kleiner .

De vakantie gaat nu voor ons gevoel pas echt beginnen. We gaan de grens bij Biarritz over en rijden naar Salamanca. Na het verlaten van een parkeerplaats zijn we het kapotte alarm van de opstaptrede natuurlijk vergeten en tikken we een hoge stoeprand aan. De trede is nauwelijks beschadigd, maar zo kan het dus niet. Je wilt geen fietser of voetganger meenemen. Op de camping Don Quijote in Cabrerizos, een buitenwijk van Salamanca, blijven we een paar dagen staan. Salamanca kennen we goed en daar houden we het nog wel een paar dagen uit.

6822

 

Woensdag 4 mei.

Een prachtige dag. Op de fiets naar Salamanca. Het fietspad langs de rivier leidt naar de stad, 6 km. Jammer genoeg wordt de Plaza Mayor omgebouwd tot een festivalplein en het mooie uitzicht op de panden is verdwenen. We wandelen door het werelderfgoed en bezoeken de gebouwen:

  • de Puente Romano, de Romeinse brug met een geweldige blik op Salamanca

  • Plaza Mayor, het 18e-eeuwse plein in het centrum met de prachtige barokke panden

  • de Catedral Vieja van Salamanca, met de daartegen aangebouwde

  • Catedral Nueva. Waar vind je twee kathedralen aaneen?  

  • Convento de San Esteban, het 16e eeuwse dominicanenklooster gelegen

  • het Casa de las Conchas, het huis van de schelpen, een stadspaleis met honderden Sint-Jacobsschelpen van goudkleurig zandsteen

  • Universidad de Salamanca

  • het Museo de Art Nouveau y Art Déco 

Als je daar op uitgekeken bent kan je jezelf verliezen op de vele terrasjes.

68246824, 6825, 6826, 68276830 

 

Donderdag 5 mei

We blijven we op de camping hangen. Arie klust aan het trappetje. De kap van het motortje wordt losgeschroefd. De bedrading is volgens de multimeter in orde. Het binnenwerk van de schakelaar, die daarin gemonteerd is, moet dus gecorrodeerd zijn. Eerst maar eens inspuiten met WD40, een wondermiddel. Een uur later is het wonder voltrokken. Het trapalarm begint te piepen en zowaar de trap gaat in als we de schakelaar naast het stuur indrukken. Arie z’n dag kan niet meer stuk. Toch maar gelijk een nieuwe schakelaar bestellen.

 

 

Vrijdag 6 mei. Vertrek: 75.500 km Camping 3 nachten € 45,00

We vervolgen onze route naar Portugal. We rijden we door een kaal en droog gebied. Veel ontdekkingsreizigers stammen uit deze streek en de plaatsnamen herinneren aan hun ontdekkingen. Alburquerque is de naamgever van Albuquerque, de grootste stad in de staat New Mexico in de Verenigde Staten.

We rijden naar de historische stad Cáceres, ook door UNESCO op de lijst van werelderfgoederen geplaatst. Op loopafstand van het centrum is een camperplaats naast de plaats waar de bussen aankomen. Ook hier is alles opgebouwd voor een festival dat diezelfde avond begint. Mensen komen van heinde en verre op het festival af met steevast jerrycans met wijn en treetjes bier bij zich. We bezoeken de Plaza Mayor, het Plaza de Santa María, de kathedraal.

Als we naar de camper teruggaan om eerst wat te gaan eten maakt een politieagent ons duidelijk dat we op de parkeerplaats van de bussen staan en moeten vertrekken. De officiële camperplaatsen zijn allemaal bezet. Jammer voor ons.

6841, 6842, 6846

 

We besluiten om door te rijden naar het Portugese Elvas. Deze prachtige wit gepleisterde middeleeuwse stad met een niet minder indrukwekkend aquaduct moeten we sowieso bezoeken: werelderfgoed. Er zou een camperplaats zijn op de parkeerplaats bij de Intermarché, maar het kan oneindig veel beter. Aan de voet van het 6 km lange aquaduct zien we campers staan op de parkeerplaats voor de toeristenbussen, die zomers horden toeristen in Elvas aanleveren en we voegen ons bij hen. ’s Avonds staat er geen enkele bus. Hoe mooi kan het zijn onder het verlichte aquaduct?

6852, 6857

 

Zaterdag 7 mei. Vertrek: 75.821 km.

We fietsen onder het aquaduct door naar het hooggelegen oude centrum van Elvas en het kasteel. We drinken koffie en thee op het plein, voor het eerst weer in het zonnetje. De Bomberos (brandweer) hebben hun jaarlijkse uitje en gaan toeterend met hun rode Pluk van de Petteflet auto’s door het dorp.

6859, 6874, 6876, 6881

 

Wij breken op. De Algarve staat immers nog steeds in de planning.  We rijden 41 km verder naar Estremoz, vroeger een verblijf van de koningen. De stad is bekend van de marmergroeven en de wijndomeinen. We camperen de nacht op het dorpsplein met staplekken voor campers met een prachtig uitzicht op het verlichte kasteel dat boven de stad ligt. Tegenwoordig is het een luxe hotel, een zogenaamde Portugese pousada.

6883, 6886

 

 

Zondag 8 mei. Vertrek 75.862 km

We lopen naar het kasteel en verkennen het stadje nog wat beter. Daarna rijden we naar Evora, 50 km verder. Ook het centrum van deze stad staat op de werelderfgoedlijst. Tussen een paar flinke wolkbreuken door bekijken we het 18 km lange een Romeinse aquaduct, de kathedraal van Évora, de San Francisco kapel, waar de botten van honderden kloosterlingen worden bewaard, de Romeinse Templo de Diana en het klooster Lóios.  

We overleven nog een paar flinke wolkbreuken.

6893, 6896 , 6898

 

De camperplaats is niet boeiend en we rijden daarom door naar Monsaraz, een middeleeuwse stad die hoog op de berg ligt. Onderweg bezoeken we een serviceplaats bij een brandweerkazerne en regelen daar voor € 3,50 water en lozingen. (Voor Portugese begrippen een pittig bedrag).

Monsaraz is een klein pittoresk stadje en ligt op de grens van Portugal en Spanje op een berg. De camperplaats ligt naast de stadsmuur en heeft een fantastisch uitzicht over het hele gebied. We denken dat we dit wel de mooiste camperplek tot nu toe vinden. De camper moest in de 1e versnelling om een heel steil bochtje te maken over glibberige keitjes. We genieten van het prachtige uitzicht met regenboog en eten later op de avond in het stadje.

6901, 6907 

 

Maandag 9 mei. Vertrek: 75.912

Met telkens een soort hink stap sprong van schuilplaats tot schuilplaats vanwege de regen proberen we Monsaraz te verkennen. Adembenemende uitzichten.

6920, 6922, 6924, 6941, 6943

 

We rijden door een geweldig mooi landschap langs de rivier die Spanje en Portugal natuurlijk scheidt. We komen aan op de camperplek van Pedrogao. De ezel heeft een voorliefde voor brood en een afkeer van broccolibladeren. De eigenaar van de camperplaats weet ons te vinden door cameratoezicht. Er is maar 1 plaats in de bloemenzee gemaaid en we betalen € 7,50 zonder rekening. ’s Nachts meent de ezel te moeten balken, waarschijnlijk om ons te melden dat een kat de vissenkoppen uit het afval nog beter fileert dan wij al hadden gedaan.

6946

 

Dinsdag 10 mei. Vertrek: 76.035  Camperplaats € 7,50.

We proberen nog water te tappen maar de druk is te gering. We komen aan in Mertola aan de Rio Guadiana met een camperplaats aan de rivier. Een ommuurd wit stadje te bereiken over een grote brug met boven het stadje een burcht met een kerk met duidelijk Moorse invloeden. Ons vlees voor vanavond kost € 1. Het bestaat. We lopen omhoog naar de burcht. Goede strategische positie, zelfs de Feniciërs hadden dat al door en de Romeinen hebben de positie ook weten te gebruiken. De rivier was ook perfect voor handel. De kerk is prachtig. Bijzonder plafond en andere elementen uit de tijd van de Moren. Ook hier kan je weer vaststellen, dat er werd gedood in naam van God, of het nu de Moren waren of de Portugezen.

6954, 6959

 

Woensdag 11 mei. Vertrek 76.136

Het regent nog steeds. Tijdens het douchen. We ontbijten. Het regent tijdens het ontbijt. We ruimen de camper op. Het regent voortdurend. We vertrekken. Het regent de hele weg onophoudelijk. Mooie omgeving voor zover je de omgeving kan zien door de regenbuien heen. In Villa Real do St. Antonia bereiken we de Atlantische Oceaan, 2005 km van huis. Voor zover een camperaar een doel heeft, hij reist niet maar hij trekt: we hebben de Algarve bereikt. Villa Real do St. Antonia ligt op de zuidoostelijke hoek van Portugal aan de grens met Spanje, dat aan de oostelijke kant van de Rio Guadiana ligt. Er is een hele grote camperplaats. Aan de monding van de Rio Guadiana. Iedereen heeft het over het slechte weer. Mal tiempo, yes!. En Hollande il pleut toujours. Mais en Hollande il est 25 dégréés Celsius, echt waar.

Ineens houdt het op met regenen. Het lijkt wel droog te worden.

We stappen op de fiets en rijden naar het meest zuid oostelijke stukje Portugal. We passeren het veer naar Spanje en een serie krotten als of het de townships van Zuid-Afrika betreft. Daar word je stil van. Dit is ook Europa. Bittere armoede. De Atlantische Oceaan beukt op een soort strekdam het laatste slechte weer. Uit het westen wordt al het zand door de stormachige wind verzameld om ons te zandstralen. Ondertussen fotograferen we een lepelaar en passeert ons een vos.

6961, 6965, 6975

 

Donderdag 12 mei. Vertrek 76 201 km. ( 65 km gereden) Camperplaats € 11,50.

Langs de kust richting Tavira. We parkeren aan de rand van de stad, gaan met de fiets verder naar het centrum en wandelen door het oude centrum. In de watertoren is een camera obscura gemaakt en we kunnen zelfs onze camper kilometers verderop zien staan. Op een heuvel in het midden van het stadje staat het Kasteel van Tavira met een paar kerken en een klooster.

Daarna fietsen we 3 km naar de zee gefietst. Hier liggen lagunes voor de kust en het strand bereik je via de boot.

6986, 6992, 6999

 

We rijden de camper een stukje noordelijker en overnachten in Estoi op een parkeerplaats midden in het dorp. Vanuit de camper kijken we over de muur van de begraafplaats. Het lijkt wel op de tombes zoals je die vindt op La Recoleta in Buenos Aires, waar Evita Peron uiteindelijk is begraven. We  hebben zicht op Faro en de Atlantische oceaan.

 

Vrijdag 13 mei. Vertrek 26.264 km (63 km gereden)

De ochtend gebruiken we om de tuin van het tot pousada omgebouwde paleis van Estoi te bekijken. Het zou volgens een paar Brabanders die we in Mertola spraken een soort Versailles-tuin zijn. Helaas, de tuin man is hier al een tijdlang niet actief geweest. We krijgen wel een idee van de grootsheid en macht van de eigenaar van het paleis, maar de tuin heeft zijn glorie wel verloren.

We lopen langs de slager waar we voor twee karbonades € 1 betalen en om de hoek kopen we bij een heel oud visboertje 2 verse vissen, ook € 1. Onbegrijpelijk prijzen. We wandelen naar de Romeinse ruïne Milrui aan de rand van de stad. Het geeft een aardig beeld van wat de Romeinen in de eeuwen voor en na Chr. bouwden, maar het haalt het niet bij de opgravingen in Xanten in de buurt van Nijmegen en Kleve.

7006, 7014

 

De weergoden houden woord en de weersomslag is een feit. Het is middag als we naar Faro rijden. We parkeren bij het kasteel bij de kust. Ook hier liggen lagunes voor de kust, Er is geen strand vlakbij. In Faro lopen we door het centrum, bezoeken de kathedraal Se en hebben vanaf de toren een mooi zicht over de omgeving en het vliegveld.

De camperplek vinden we niet leuk genoeg voor een overnachting en kiezen een plek vlakbij Albufeira voor de volgende stop. Het is even krap om via de smalle straatje op de doorgaande weg te komen, maar met wat stuurmanskunst en goed gidsen verlaten we zonder schade Faro.

7027 

 

Bij Falesia, 8 km ten oosten van Albufeira, komen we op een mooie en grote camping. Uitzicht op de duinen en 500 meter van zee. We blijven 2 nachten.

 

Zaterdag 14 mei.

’s Middags gaan we op de fiets naar Albufeira. We moeten flink trappen via de normale route. We zoeken het strand op. Albufeira is één en al hotel en de Engelse gasten laten zich duidelijk horen op de terrassen. Sommigen zijn al om 4 uur lam.

7035,  

 

Zondag 15 mei.

De camperplaats van Falesia is zonder meer luxueus. Grote plekken, douches, toiletten, wasmachines, nog nooit zo’n goede plek om te entsorgen aangetroffen. In de middag trekken we met boek en parasol naar het strand: gewoon de camperplaats aflopen en door het duin, trap af en je bent er! Heerlijk rustig. Heerlijk gegeten bij het restaurant tegenover de camperplaats. De eigenaar vertelt, dat het in juli en augustus te heet voor camperaars uit het noorden is. In de brandende zon houden dan alleen Spanjaarden en Portugezen het uit.

7043, 7047, 7052

 

Maandag 16 mei.

Het bevalt goed hier, nog een dag er aan vastgeplakt. Om 11 uur lopen we de camping af naar het strand. We maken een strandwandeling naar Villa Moura, een kleine anderhalf uur lopen. In een wat kakkerige strandtent drinken we wat en zijn dan voldoende uitgerust voor de terugtocht. Was heerlijk om met je voeten door het water te lopen. De vliegtuigen van en naar Faro vliegen voortdurend laag over.

7060, 7061, 7063

 

Dinsdag 17 mei. Vertrek 76 341 km. (77 km gereden) Camperplaats € 6,= per nacht x 4 = € 24

Via Albufeira rijden we naar Alte, een pittoresk bergdorp bekend om de hele smalle straatjes en veel bloeiende bloemen. We parkeren bij de begraafplaats. Opnieuw marmeren graven en kapellen. Er staan overal kunstbloemen.

Het stadje heeft inderdaad nauwe straatjes, is niet toeristisch en er zijn zelfs een paar bloeiende bloemen. De VVV verwijst ons naar de bronnen. We volgen de route en komen inderdaad bij stromend water met picknickplaatsen. Het is een beetje gedateerd, maar het bezoek aan de kiosk voor een kop koffie maakt veel goed. De tafels hebben allemaal een onderstel van de Singer trapnaaimachine en het oude vrouwtje in de kiosk is zo schattig en dankbaar voor de fooi, met buiging, handen gevouwen “ Obrigada, obrigada”. In Nederland zou ze al geïndiceerd in een verzorgingshuis zitten. Hier wordt op een heel eigen “tempo” doorgewerkt.

Van Alte rijden we 10 km verder naar São Bartholomeu de Messines, een afgelegen camperplaats middenin de natuur. Een aanrader. Een Nederlander stel zwaait de scepter. We genieten van de zon en de fluitende vogels. Hoewel het vandaag wat sluierbewolking geeft is het heerlijk weer, 25 graden. Op de camperplaats is voldoende schaduw om lekker uit de zon te kunnen lezen. Voor het eten lopen we nog drie kwartier in de omgeving met de eucalyptus, oleander de kurkeiken.

7080, 7083, 7088

 

Woensdag 18 mei.

De camperplaats is echt super. Vogels, natuur, stilte en weinig mensen. We blijven dus nog een dag. De middag maken we een fietstocht van 25  km “Picknic rond het meer”.

 

Donderdag 19  mei. Vertrekt 76.392 km (51 km gereden) Camperplaats 2x € 6 = € 12,=

Via Silves, waar we de rode burcht en de kathedraal Sé bezoeken rijden we naar de camping “Orbitur” tussen Lagos en Luz. Bij Lagos zijn de mooie rotsformaties langs de kust die we graag willen zien.

We fietsen aan het eind van de dag naar het strand bij Luz en daarna nog door naar Lagos via de hill. Dat was een flinke trap. We hadden alle versnellingen nodig. Via de golfplaats komen we langs de haven met het stadbeeld van Hendrik de Zeevaarder. In Lagos werd de eerste slavenmarkt gehouden. We fietsen via de ‘normale’ weg terug, saai maar wel minder steil.

 7114, 7115, 7118

 

Vrijdag 20 mei.

’s Middags gaan we weer op de fiets naar Lagos, nu via een minder steil zandpad. We gaan rechtstreek naar de Ponta da Piedade, de meest gefotografeerde rots van heel Portugal. Vanuit Lagos vertrekken kleine bootjes voor een vaartocht tussen en onder de rotsen van 45 minuten. De rosten zijn sterk geërodeerd. Sommigen hebben natuurlijke bogen. Hier en daar zijn fossielen van zeedieren in de rotsen te zien. We gaan met een bootje langs de prachtig uitgesleten rotskusten. De kapitein geeft bij iedere markante rots een tik op de schouder van Arie, noemt de naam van de rots: elephant, gorilla, cathedral, etc, wacht tot Arie een foto heeft gemaakt, daarna geeft hij zijn sloep weer gas. We varen een half uur rond, betalen € 30 en hebben genoten van onze toeristische trip. Vanaf de rotsen was dit alles niet te zien.  

7141, 7172, 7184, 7203 

 

Zaterdag 21 mei. Vertrek 76 451 km ( 59km gereden) Camping € 38,=

We vervolgens onze vakantie naar Sagres en dan naar Cabo do Sao Vicente, het uiterste zuidwestelijke puntje van Portugal. De laatste 6 km rijden we naar de bewolking die boven de kust hangt. Het lijkt wel of er iets in brand staat. Het is mist en we horen voortdurend de misthoorn. Het is aanmerkelijk kouder, 19 graden. Bij de kraam ”De laatste braadworst voor Amerika” koopt Arie een braadworst en maakt een foto voor een collega. 

Terug naar Sagres, naar het fort dat gebouwd werd in opdracht van Hendrik de Zeevaarder, die hier ook de eerste zeevaartschool heeft opgericht. Hij stuurde zijn manschappen de wijde wereld in om nieuw land te ontdekken, terwijl hij zelf de zee nooit is op geweest! We belopen het hele gebied rond het fort, ongeveer 1,5 km. Veel bloemen, diepe kloven waar het zeewater via onderaardse gangen landinwaarts komt. Vissers die op het puntje van de rots staan om hun visjes binnen te halen. Duizelingwekkend! Te kleine vangst gaat naar de katten.

We zetten de auto op de parkeerplaats bij het fort plek met uitzicht op Cabo do Sao Vicente en besluiten hier de nacht over te blijven. Prachtig uitzicht. Mooier dan een camping met uitzicht op bomen en de auto van de Franse buren. Het weer klaart op en de vuurtoren komt in volle glorie in zicht. Het is inmiddels weer kouder geworden,16 graden. We horen de zee grommen in de grotten onder de rotsen.

7207, 7210, 7223, 7258, 7268

 

Zondag 22 mei. Vertrek 76.493 km ( 42 km gereden)

Naar het surfstrand: Playa Tonos. Via een klauterweg dalen we de rotsen af. Beneden op het strand blijkt dat de personenauto’s bijna tot op het strand kunnen komen. Een geweldig strand: mooie hoge golven, steile rotsen, natte surfers. We kijken een uur naar beginnende surfers. Een surfer snapt het niet echt. Tijdens de droogtraining op het strand ziet hij kans om keer op keer volledig rechtop te gaan staan. Zijn instructeur bidt en smeekt hem zijn zwaartepunt zo laag mogelijk te houden en zo snel en laag mogelijk van de ligpositie in een been achter een been voor en vooral diep door de knieën te blijven. Hij knikt ja maar doet nee. De instructeur doet hem na door langzaam rechtop te gaan staan en al fluitend om zich heen te kijken. In het water wordt het ook niets. Een meisje geniet zichtbaar en weet al snel langere stukken te blijven staan.

7272, 7287

 

We foerageren nog wat mossels voor de lunch en vertrekken naar Aljezur. Mooie weg. De camperplaats bekoort ons niet en we rijden door een erg mooi laaggebergte naar Caldas de Monchique. Prima camperplaats. Beetje dicht op elkaar, maar elke plaats heeft eigen water, stroom, afvoer vuil water en een tafeltje. In de winter is het hier 18 graden en sommige camperaars blijven dan 3 maanden volgens de eigenaresse.

 

Maandag 23 mei Vertrek 76.573 km ( 80 km gereden) Camperplaats € 12,50)

We rijden richting Monchique, over een ‘witte weg’, die desondanks heel goed te rijden is en door een prachtig gebied gaat. We maken een koffiestop op een mooi uitzichtpunt. Twee grote vrachtauto’s dalen kreunend van een bergweg, zwaar beladen met boomstammen. Zeg dan nog eens dat een camper een groot en zwaar voertuig is. We gaan naar Sao Marcos da Serra (13 km boven Sao Bartolomeu) om daar op de doorgaande weg ( de IC1) richting Beja naar het noorden te gaan. Bij Castro Verde zoeken we een kerk die ook moskee is geweest, maar vinden alleen een pelgrimskerk, Sao Pedro das Cabecas. Het is niet wat we zoeken, maar het geeft een heel wijds uitzicht over de hele omgeving.

Via Beja en Evora belanden we opnieuw op het stadsplein in Estremoz. We drinken wat op een terras en zoeken een leuk restaurant. Uiteindelijk belanden we bij een kleine eetgelegenheid met twee tafeltjes op de stoep en laten ons informeren over de Portugese kaart. We kiezen echte regionale gerechten, Arie eet varkenspoten en Tineke een Arroz Marinho: rijst met zeevruchten en vis. Prima gegeten (KIMBO, Rua 31 de Janeiro nr. 20).

7314, 7321, 7322, 7324

 

Dinsdag 24 mei. Vertrek 76 840 km ( 267km gereden)

Zoals we de hele vakantie al van plan waren bezoeken we eerst een adega, een wijnboerderij.

Een tandarts uit Lissabon heeft de boerderij in de jaren 70 gekocht en eerst met dieren gewerkt, laten werken dus, en omdat dat geen succes was is hij op advies van een vriend in de jaren 90 overgestapt op wijn. De boerderij blijft in de oude staat omdat het plaatje van de oude boerderij het logo van de wijnhandel is. Casa Zagalos brengt verschillende wijnen op de markt. De goedkoopste kost € 5,= en de duurste € 67,=. Ze zijn maar klein en doen hun best om een kwalitatief goede wijn te maken. Er wordt nog traditioneel met de voeten in de druiven gestampt, maar het is moeilijk om aan flexkrachten te komen voor dit werk. De wijn wordt over de hele wereld verkocht, alleen in wijnwinkels.

We rijden via Portealegre door een mooi berggebied richting Castello Branco. Een schitterend gebied, we passeren de Taag (Tejo) en zoeken in Castello Branco de borden naar Corville. We vinden er een en dan blijven we maar rechtdoor rijden en zien geen bord meer. In Carbajosa, 4 km van Salamanca, overnachten we op een camperplaats bij een tankstation. Een prima plek voor een nacht.

7330, 7332,  7344, 7355, 7356

 

Woensdag 25 mei. Vertrek 77291 km ( gereden 449 km)

We rijden via Valladolid, Burgos en Vitoria Gasteiz naar San Sebastian. We willen geen tolweg rijden en dat gaat verbazend goed. Via de A1 gaan we na Burgos langs de zuidelijke route naar de grens. Daar is het wat ingewikkelder om de goede route volgen, gaat dus ook mis, maar we houden vol en komen uiteindelijk in St. Jean de Luz Frankrijk binnen. Dan wordt het een langzaam rijdend gebeuren en besluiten we alsnog een stukje Peage te rijden naar Capbreton. We doen over de laatste 100 km 2 uur. We staan op dezelfde camperplaats waar we op de heenreis hebben overnacht. Er zijn veel surfers in de golven. De gevorderden want de golven zijn hier stevig. Een mooi gezicht. We lopen een eind en vlak voor we terug zijn komt er een flinke bui. Weer een beetje wennen aan het Nederlandse weer.

7353, 7354 

bottom of page